Wijn proeven is meer dan een simpele slok. Het draait om geur, smaak en structuur. Of je nu een beginnende wijnfan bent of al aardig wat flessen hebt ontkurkt, met een paar simpele aanpassingen haal je meer uit je glas. Hoe? Dat leggen we je graag uit.

Temperatuur: de sleutel tot succes

Veel mensen drinken hun wijn op de verkeerde temperatuur, en dat is zonde. Te koud en de aroma’s kruipen in hun schulp, te warm en de wijn wordt log en zwaar. Een paar richtlijnen:

• Witte wijn: tussen de 8 en 12 graden. Staat de fles te koud? Even laten opwarmen in het glas en je merkt direct verschil.
• Rode wijn: tussen de 14 en 18 graden. Licht en fruitig, zoals Beaujolais of Valpolicella? Koeler schenken, rond de 14-16 graden. Houtgerijpte wijnen met meer complexiteit, zoals een Rioja of een Bordeaux, mogen op 16-18 graden in het glas, zodat alle lagen naar voren komen.
• Rosé: zit er precies tussenin. Koel, maar niet ijskoud, anders verdwijnt de fruitigheid.

Wijn proeven als een pro

Proeven is niet hetzelfde als drinken. Wil je echt ontdekken wat er in je glas zit? Neem de tijd:

1. Kijken – Houd je glas tegen het licht. De kleur vertelt je iets over de leeftijd en intensiteit van de wijn.
2. Ruiken – Ruik eerst even kort en wals daarna het glas voorzichtig rond. Zo komen de aroma’s vrij.
3. Proeven – Neem een kleine slok en laat de wijn door je mond rollen. Let op de zuren, de fruitigheid en de afdronk. Hoe langer de smaak blijft hangen, hoe complexer de wijn vaak is.

Veelgemaakte fouten (en hoe je ze voorkomt)

Zelfs ervaren wijnliefhebbers trappen er nog wel eens in:

• Glas vasthouden bij de kelk – Niet doen. Je hand verwarmt de wijn, wat de smaak beïnvloedt. Pak het glas bij de steel vast.
• Te snel drinken – Wijn heeft tijd nodig. Laat ‘m even ademen in je glas en neem kleine slokjes om de smaaklagen te ontdekken.
• Te vol inschenken – Een wijnglas hoort maar tot een derde gevuld te zijn. Zo blijft er ruimte om de wijn te walsen en de aroma’s tot leven te laten komen.

De invloed van geur op smaak

Geur bepaalt voor een groot deel hoe je een wijn ervaart. In een goed wijnglas komen aroma’s beter tot hun recht, vooral als je de wijn even laat walsen. Wat je ruikt, kan je al een idee geven van de smaak:

• Fris, citrusachtig? Denk aan strakke zuren en mineraliteit.
• Rijp fruit en vanille? Misschien een wijn met houtrijping.
• Rokerig en aards? Waarschijnlijk een wat rijpere, complexere wijn.

Wil je wijn echt leren kennen? Zet eens twee glazen naast elkaar en vergelijk. Probeer de verschillen te benoemen en ontdek wat je lekker vindt. Wijn drinken is tenslotte geen exacte wetenschap, maar een persoonlijke ontdekkingstocht. Kijk eens bij Bergovino.

Santé!

Dit artikel is geschreven in samenwerking met Bergovino.